Na extrapolatie van LMN-kengetallen met arealen uit de verzamelaanvraag komt het geschatte kunstmestgebruik door de gespecialiseerde akkerbouwbedrijven in 2023 op 5,6 miljoen kg kalium (K). Dat is 27% van het totale K-gebruik. In de periode 2019-2022 is het gebruik vrij stabiel, maar ten opzichte van 2022 stijgt het met 12% en ten opzichte van 2015 met 45%.

De meeste K komt terecht op aardappelen (54%), maïs (14%), groenten openlucht (10%), bieten (8%), grasland en grasklaver (7%) en granen (5%).

De LMN-kengetallen van de belangrijkste gewassen zijn terug te vinden op de algemene pagina over K-kunstmeststof.