Het totale netto primaire energiegebruik door de landbouwsector bedraagt 31.285 terajoule (TJ) in 2020. Aardgas is de belangrijkste energiedrager in de land- en tuinbouw met 73%. De groentesector onder glas is de grootste energiegebruiker met 51%.

In 2020 bedraagt het totale netto primaire energiegebruik door de landbouwsector 31.285 terajoule (TJ). Aardgas is de belangrijkste energiedrager in de land- en tuinbouw met 73% in 2020. Deze trend vloeit voort uit een combinatie van hoge olieprijzen, de promotie door de Vlaamse overheid van aardgas als schoonste fossiele brandstof en de opkomst van WKK’s (warmte-krachtkoppelingsinstallaties) die meestal op aardgas werken (primaire energiebron). Het aandeel lichte stookolie, LPG en benzine bedraagt 29% en het aandeel biomassa 8%. Zware stookolie en steenkool zijn telkens nog goed voor 1%.

Vanaf 2010 is de Vlaamse landbouw door warmte-krachtkoppelingsinstallaties en zonnepanelen een nettoproducent van elektriciteit geworden. In 2020 plaatst de landbouw met andere woorden 3.931 TJ meer op het net dan dat hij afneemt. De landbouwsector produceert in 2020 door de WKK-installaties in eigen beheer netto 10.251 TJ elektriciteit. Van deze geproduceerde energie verkoopt de landbouwsector 7.567 TJ aan het net, de overige 2.684 TJ verbruiken de bedrijven zelf.

De onderstaande figuur toont dat de gespecialiseerde groentesector onder glas de grootste energiegebruiker is met 51% in 2020. De sierteeltsector onder glas is nog eens goed voor 4%. De categorie overige landbouwbedrijven nemen 14% voor hun rekening. Het aandeel van de gespecialiseerde varkens- en melkveehouderij bedraagt telkens 8%. De akkerbouwsector is goed voor 6%. De overige tuinbouw, vleesvee en de fruit- en groentesector in openlucht zijn kleine verbruikers met respectievelijk 3%, 3% 2 en 1%.