De Vlaamse gespecialiseerde melkveebedrijven kennen in 2022 een geschat gebruik van 0,2 miljoen kg actieve stof aan gewasbeschermingsmiddelen, waarvan 65% herbiciden. Slechts 2% van de actieve stof is afkomstig van producten toegelaten in de biologische landbouw, voornamelijk toegepast op de aanwezige akkerbouwteelten.

Het geschatte gebruik van gewasbeschermingsmiddelen door de gespecialiseerde melkveebedrijven komt in 2022 op 225 ton actieve stof. Dat is 8% van het totale gebruik door de Vlaamse land- en tuinbouw. Ten opzichte van 2021 is dat een daling van 10%, maar het is 8% hoger dan in 2015. In 2019 was het gebruik met 266 ton actieve stof het hoogst. Dat blijkt na extrapolatie van de kengetallen uit het Landbouwmonitoringsnetwerk (LMN) met de arealen uit de verzamelaanvraag

In 2022 geldt de volgende verdeling van de kg actieve stof over de toepassingsgroepen: 65% herbiciden, 21% fungiciden (waarvan 0,5% toegelaten in de biologische landbouw), 11% andere (waarvan amper iets toegelaten in de biologische landbouw) en 3% insecticiden (waarvan 1,5% toegelaten in de biologische landbouw). Tot de laatste groep behoren o.a. groeiregulatoren, bodemontsmetting, afweermiddelen en bewaarmiddelen.

In totaal werden er 2% producten gebruikt toegelaten in de biologische landbouw. In 2015 was dat 1%.

Onkruidbestrijding is de voornaamste toepassing in de teelt van veevoedergewassen (maïs, weiden, voederbieten, enz.). Op de gespecialiseerde melkveebedrijven komen ook andere teelten voor, zoals aardappelen, graangewassen en suikerbieten. Dat verklaart het hoge gebruik aan fungiciden.

De LMN-kengetallen van de belangrijkste gewassen zijn terug te vinden op de algemene pagina over gewasbescherming.

We maken gebruik van cookies

Naast noodzakelijke cookies, maken we ook gebruik van optionele cookies. Voor deze cookies vragen we je toestemming. Meer info.

Stel voorkeuren in

Bij de optionele cookies maken we een onderscheid tussen analytische en marketing cookies.