Het rapport bevat een screening van de zogenaamde agromilieu- en klimaatmaatregelen (AMKM) van enkele Europese landen of regio’s. De analyse is gebaseerd op het plattelandsontwikkelingsprogramma waarover elke lidstaat beschikt.

In dit rapport verrichten we een screening van de agromilieu- en klimaatmaatregelen van zes Europese landen of regio’s: Nederland, Wallonië (België), Nedersaksen (Duitsland), Nord-Pas de Calais (Frankrijk), Schotland (Verenigd Koninkrijk) en Denemarken. Als basis gebruiken we het plattelandsontwikkelingsprogramma waarover elke lidstaat beschikt. Maatregelen die louter natuurdoelstellingen nastreven, worden buiten beschouwing gelaten.

Sommige nationale of regionale maatregelen zijn voor Vlaanderen niet direct van toepassing, maar kunnen door aanpassing wel hun nut bewijzen. Enkele voorbeelden:

  • gunstige kenmerken van oude rassen in moderne veerassen inkruisen
  • kleine landschapselementen strategisch inzetten tegen erosie
  • bepaalde gewassen zoals riet of wilgen middels irrigatie telen
  • het gehalte van nuttige mineralen- of sporenelementen in de bodem verhogen

De onderzochte regio’s of landen hebben ook opvallend veel aandacht voor maatregelen en acties die een beter waterbeheer nastreven.