Bedrijfseconomische resultaten bedrijfstakken
Deze pagina bevat de cijfers voor de verschillende bedrijfstakken (gegroepeerd per sector) en biedt inzicht in de economische situatie. De cijfers bieden een overzicht van opbrengsten, kosten en marges van een groot aantal sectoren in land- en tuinbouw. Deze economische resultaten worden aangevuld met de belangrijkste technische en economische kengetallen. Bovendien wordt de spreiding tussen de bedrijven aangetoond door zowel de resultatenrekeningen als de kengetallen op te delen in verschillende groepen.
Vanuit het beleid en de verschillende stakeholders in de land- en tuinbouw is er een grote vraag naar cijfers voor de verschillende sectoren en inzicht in de economische situatie. Het Landbouwmonitoringsnetwerk Het Landbouwmonitoringsnetwerk van het Agentschap Landbouw en Zeevisserij houdt bedrijfseconomische boekhoudingen bij van een groep Vlaamse land- en tuinbouwers die representatief is voor de Vlaamse land- en tuinbouw. Meer info (LMN), beheerd door het Agentschap Landbouw en Zeevisserij van de Vlaamse overheid, levert hieraan een grote bijdrage.
De cijfers, zoals hier weergegeven, bieden een overzicht van opbrengsten, kosten en marges van een groot aantal sectoren in land- en tuinbouw. Deze economische resultaten worden aangevuld met de belangrijkste technische en economische kengetallen. Bovendien wordt de spreiding tussen de bedrijven aangetoond door zowel de resultatenrekeningen als de kengetallen op te delen in verschillende groepen. De hier gepubliceerde cijfers zijn steeds de meest recente cijfers.
De cijfers worden weergegeven voor de dierlijke productie (varkens, melkvee, rundvee, pluimvee), akkerbouw, fruit en groenten in openlucht. De resultaten zijn afkomstig van een 600-tal land- en tuinbouwbedrijven die deel uitmaken van het Landbouwmonitoringsnetwerk (LMN).
De resultaten die weergegeven worden, zijn op basis van bedrijfstakniveau en niet op basis van bedrijfsniveau. De economische resultaten zeggen bijgevolg iets over de specifieke tak van het bedrijf en niet over de economische situatie van het volledige bedrijf. Daarvoor dienen alle aparte bedrijfstakken in rekening genomen te worden.
De resultaten worden gepresenteerd als een ‘gewogen gemiddelde’. Dit wil zeggen dat er rekening gehouden wordt met de grootte van de bedrijfstak tussen de verschillende bedrijven. De gepresenteerde cijfers geven onafhankelijke informatie over de economische resultaten en een aantal technische kengetallen van de diverse bedrijfstakken. Zo bieden ze land- en tuinbouwers de mogelijkheid om hun resultaten te vergelijken met die van bedrijven met dezelfde bedrijfstak. Op die manier kunnen de cijfers tevens ondersteunen bij het nemen van doordachte beslissingen over toekomstige bedrijfsinvesteringen. Echter, de cijfers op bedrijfstakniveau zijn niet geëxtrapoleerd (zie extrapolatie van LMN naar Vlaamse landbouw Het opschalen van de resultaten van een steekproef (600 LMN-bedrijven) naar de populatie (de gehele Vlaamse land- en tuinbouw). Meer info ) en kunnen dus niet gebruikt worden om een beeld te vormen van de gehele Vlaamse landbouw. Hiervoor dienen de cijfers op bedrijfsniveau geconsulteerd te worden, die wel geëxtrapoleerd zijn. Door deze extrapolatie zijn de cijfers indicatoren voor de toestand van de Vlaamse land- en tuinbouw met beroepsmatig karakter. Voor de analyse van de bedrijfsresultaten worden enkel gespecialiseerde bedrijven (op vlak van specialisatie De specialisatie van een bedrijf wordt vastgesteld rekening houdend met het relatieve aandeel van de verschillende producties in de totale standaard output van het bedrijf. Meer info ) in rekening gebracht. Deze cijfers komen in een later stadium beschikbaar op deze website.
De gebruikte methodes en definities voor de resultaten uit het LMN zijn te vinden op de methodologiepagina en het bijhorende methodologiedocument.
Kies hieronder de gewenste sector, bedrijfstak en deler. Alle tabellen passen zich automatisch aan.
Resultatenrekening
De resultatenrekening weerspiegelt de toestand van de opbrengsten en de kosten (exclusief btw) van een bedrijfstak of van een aantal bedrijfstakken samen. Kosten en opbrengsten gemaakt voor andere bedrijfstakken op een bedrijf worden hier dus niet in beschouwing genomen.
Spreiding resultaten
Om de grote verscheidenheid tussen de bedrijven weer te geven, worden de resultaten opgedeeld in groepen. Hiervoor wordt gebruik gemaakt van het bruto saldo: de 50% bedrijven met het hoogste bruto saldo t.o.v. de 50% bedrijven met het laagste bruto saldo. Indien er voldoende waarnemingen zijn, worden de bedrijven opgesplitst in 4 groepen op basis van hun bruto saldo. De groep bedrijven met het laagste bruto saldo is steeds groep 1. Indien er te weinig waarnemingen zijn, wordt er geen opdeling gemaakt. Als enkel de kosten worden weergegeven, wordt ook geen spreiding van de resultaten meegegeven. Er wordt een nieuw gewogen gemiddelde gemaakt per groep. De spreiding van de resultaten gebeurt steeds op basis van het laatste beschikbare boekjaar.
Kengetallen
Aanvullend op de economische rentabiliteit geven de technische en economische kengetallen een inzicht in de prestaties van de bedrijven. De kengetallen worden specifiek per bedrijfstak(groep) bepaald. De hier gepubliceerde cijfers zijn steeds de meest recente cijfers.
Niet voor alle combinaties van bedrijfstakken en delers zijn kengetallen beschikbaar.
Spreiding kengetallen
De opdeling in groepen toont de spreiding in zowel de economische resultaten als in de technische prestaties, maar geeft daarom niet noodzakelijk een rechtstreeks oorzakelijk verband. Dit betekent niet dat er geen verband is. Het kan zijn dat er een rechtstreeks verband is, maar vooraleer dit te poneren wordt dit best in meer detail geanalyseerd, waarbij ook het geheel van de kengetallen beschouwd wordt.
Indien er onvoldoende waarnemingen zijn wordt geen opdeling in groepen gemaakt.
Sinds de opmaak van de resultaten van boekjaar 2020 worden ook datacorrecties in voorgaande boekjaren bij een update van de cijfers meegenomen. Dit was in het verleden niet het geval. De cijfers van eerdere boekjaren stonden toen 'vast'. Door het toelaten van de correctie van de cijfers van voorgaande jaren zijn de nieuwe, geactualiseerde cijfers niet zomaar te vergelijken met de voorgaande publicatie van de cijfers. Mogelijke datacorrecties (verbeteringen van de data) gaan ook in de toekomst een rol blijven spelen. In de praktijk zullen het echter vooral de recentste boekjaren zijn waarbij dit voorvalt. Deze aanpassingen kunnen enkel leiden tot correctere gegevens.