De specialisatie (of typologie) wordt bepaald door te bekijken welk aandeel van de totale standaard output uit een bepaalde teelt(groep) gehaald wordt. Het komt er ruwweg op neer dat als een bedrijf minstens 2/3 van zijn totale output haalt uit een bepaalde teelt(groep), dit een in die teelt gespecialiseerd bedrijf is.
Een in een bepaalde teelt gespecialiseerd bedrijf zal het grootste deel van zijn standaard output uit deze teelt(groep) halen, echter dit bedrijf kan ook nog andere teelten hebben.
Daarnaast zijn heel wat bedrijven met een bepaalde teelt of diersoort, niet gespecialiseerd in deze teelt, omdat ze naast deze teelt ook andere teelten hebben, die zwaar doorwegen in de totale SO.
De typologie zegt ook niets over de grootte van een bedrijf. Zo kan een bedrijf met een heel kleine oppervlakte of weinig dieren gespecialiseerd zijn voor een bepaalde teelt, omdat er verder geen andere teelten op het bedrijf zijn.
Op basis van de typologie worden de bedrijven ingedeeld in 4 grote specialisaties: akkerbouw, tuinbouw, veeteelt en gemengde bedrijven. Veeteelt wordt nog verder ingedeeld in 7 groepen: melk, rundvlees, gemengd rundvee, andere graasdieren, varkens, pluimvee en gemengde veeteelt.
Binnen deze groepen bestaat dan nog een verdere opdeling. Voor een gedetailleerd overzicht verwijzen we naar het Publicatieblad van de Europese Unie (PB, L335 van 13 december 2008) Verordening (EG) nr 1242/2008.