Berekening sectorbarometer
Op deze pagina kan je de generieke berekening van een sectorbarometer terugvinden met daarbij ook de specifieke actualisaties en aanpassingen per sector.
1. Basis van de sectorbarometer
De bedrijfseconomische boekhoudingen van het Landbouwmonitoringsnetwerk Het Landbouwmonitoringsnetwerk van het Agentschap Landbouw en Zeevisserij houdt bedrijfseconomische boekhoudingen bij van een groep Vlaamse land- en tuinbouwers die representatief is voor de Vlaamse land- en tuinbouw. Meer info (LMN) vormen de basis van de sectorbarometer. Het gemiddelde van de resultatenrekening van de landbouwactiviteit is het vertrekpunt. Het is een gewogen gemiddelde waarbij we rekening houden met de grootte van elke waarneming, zoals het aantal dieren of de geproduceerde hoeveelheid. Doordat de bedrijfseconomische boekhoudingen pas afgewerkt kunnen worden wanneer het boekjaar volledig achter de rug is, loopt deze data achter op het heden. De sectorbarometers lossen dat op door een projectie te maken voor de recente niet-beschikbare jaren. Dat gebeurt op basis van het laatste beschikbare LMN-jaar. Als bijvoorbeeld in 2025 het laatste voltooide LMN-boekjaar 2023 is, dan wordt de resultatenrekening van 2023 als basis gebruikt voor de projecties van 2024 en 2025. Concreet betekent dit dat we de bedrijfsvoering van bijvoorbeeld 2023 constant houden in 2024 en 2025. De technische kengetallen en verbruikte of geproduceerde hoeveelheden per dier blijven constant, maar de prijzen van inputs en outputs veranderen wel.
De resultatenrekening van elke sector heeft een eigen opbouw. Zo zal de rekening van melkvee krachtvoeder als onderdeel hebben van de variabele kosten, terwijl de rekening van aardappelen bijvoorbeeld gewasbescherming als kostenpost bevat. Bij het actualiseren van de resultatenrekening doen we dat niet voor elke opbrengsten- of kostenpost. We focussen op de belangrijkste onderdelen wat betreft waarde en op posten die gevoelig zijn aan fluctuaties. Ook moet er een betrouwbare, actuele bron beschikbaar zijn om de sectorbarometer te kunnen actualiseren. Meer informatie over welke onderdelen per sectorbarometer geactualiseerd worden kan je vinden in tabel 3.
2. Actualisatie van de sectorbarometer
De sectorbarometer wordt geactualiseerd door de belangrijkste posten van de resultatenrekening te vermenigvuldigen met een prijsindex. Voorbeelden zijn de krachtvoeder- en energiekosten of melk- of vleesopbrengsten. Deze prijsindex toont hoe de prijs procentueel stijgt of daalt ten opzichte van een referentieperiode. Het is bijgevolg geen monetaire waarde in euro, maar een getal groter dan 1 in geval van een prijsstijging of kleiner dan 1 bij een prijsdaling. Met deze prijsindices proberen we de prijsschommelingen van de externe cijfers weer te geven in de LMN-cijfers. De prijsindex wordt berekend op basis van externe prijzen. Deze index wordt steeds uitgedrukt ten opzichte van de gemiddelde jaarprijs, zoals voorgesteld in tabel 1 en 2. Voor de jaren waarin we geen afgewerkte LMN-resultatenrekening hebben, nemen we het jaargemiddelde van het laatst afgewerkte LMN-jaar. Het is namelijk dit laatste afgewerkte LMN-jaar dat als basis dient voor de actuele te voorspellen maanden.
2022 | 2023 | 2024 | 2025 | |
---|---|---|---|---|
Jaarprijs | 275 | 395 | 400 | . |
Basis index | 275 | 395 | 395 | 395 |
Maand | Prijs | Index | Prijs | Index | Prijs | Index | Prijs | Index |
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2022 | 2022 | 2023 | 2023 | 2024 | 2024 | 2025 | 2025 | |
Jan | 240 | 240/275 | 320 | 320/395 | 405 | 405/395 | 375 | 375/395 |
Feb | 245 | 245/275 | 350 | 350/395 | 410 | 410/395 | 380 | 380/395 |
Maa | 255 | 255/275 | 380 | 380/395 | 415 | 415/395 | 395 | 395/395 |
Apr | 260 | 260/275 | 410 | 410/395 | 415 | 415/395 | . | . |
Mei | 265 | 265/275 | 415 | 415/395 | 415 | 415/395 | . | . |
Jun | 285 | 285/275 | 420 | 420/395 | 415 | 415/395 | . | . |
Jul | 265 | 265/275 | 430 | 430/395 | 405 | 405/395 | . | . |
Aug | 285 | 285/275 | 415 | 415/395 | 395 | 395/395 | . | . |
Sep | 290 | 290/275 | 405 | 405/395 | 395 | 395/395 | . | . |
Okt | 295 | 295/275 | 405 | 405/395 | 385 | 385/395 | . | . |
Nov | 305 | 305/275 | 395 | 395/395 | 375 | 375/395 | . | . |
Dec | 310 | 310/275 | 395 | 395/395 | 370 | 370/395 | . | . |
De onderdelen van de resultatenrekening die we actualiseren, actualiseren we voor de hele tijdsreeks en niet enkel voor de jaren waarvan we nog geen volledige data hebben. Doordat de externe prijzen maandprijzen zijn, krijgen we een maandelijks resultaat van de resultatenrekening. Dat wordt toegepast op de resultatenrekening van het LMN die per jaar wordt opgesteld. Als de prijs in februari 2021 20% hoger lag dan het jaargemiddelde van 2021, zal dit ook zo getoond worden in de sectorbarometer. De maandelijkse opbrengsten- en kostenposten kunnen zo variëren, maar op jaarbasis blijft het resultaat identiek aan het jaarresultaat uit het LMN.
Elk jaar wordt er een nieuw LMN-jaar toegevoegd aan de barometer. Zo zal in januari 2026 het laatst afgesloten LMN-jaar niet langer 2023, maar 2024 zijn. Hierdoor worden in de barometer de voorspelde resultaten van 2024 – die gebaseerd waren op 2023 – vervangen door de werkelijke LMN-boekhoudresultaten. De voorspellingen voor 2025 en 2026 worden op hun beurt vanaf dan gebaseerd op de LMN-resultaten van 2024, namelijk het laatst beschikbare LMN-jaar. De resultaten worden steeds getoond voor de laatste vijf afgewerkte boekhoudjaren en de te voorspellen jaren. Indien je graag een langere tijdsreeks ziet, dan kan je de bedrijfseconomische resultaten bedrijfstakken raadplegen op onze website.
Sectorbarometer | Selectie | Onderdelen geactualiseerd - bron |
---|---|---|
Melkvee | Gespecialiseerde melkveebedrijven, enkel de melkveeactiviteiten (dus niet volledig bedrijf) |
|
Gesloten varkenshouderij | Enkel activiteiten gesloten varkenshouderij (dus niet volledig bedrijf) |
|
Fokvarkens | Enkel activiteit fokvarkens (dus niet volledig bedrijf) |
|
Vleesvarkens | Enkel activiteiten vleesvarkens (dus niet volledig bedrijf) |
|
*als de actuele maand niet beschikbaar is, wordt de waarde van de laatst beschikbare maand overgenomen
3. Presentatie van de sectorbarometer
De sectorbarometers tonen de hoofdonderdelen van de resultatenrekening (tabel 4). Het gaat dan over de totale opbrengsten met uitzondering van subsidies, de totale variabele kosten, het bruto saldo en het familiaal arbeidsinkomen Het familiaal arbeidsinkomen (FAI) is wat overblijft als vergoeding voor de arbeid van de bedrijfsleider en (eventuele) meewerkende gezinsleden. De betaalde factor- en aangerekende factorkosten voor grond en bedrijfskapitaal (fictieve pacht en fictieve rente) zijn hierbij wel al in rekening gebracht Meer info . De totale vaste kosten worden niet getoond omdat deze niet geactualiseerd worden. Naast de absolute waarde uitgedrukt in euro tonen we voor sommige parameters ook een resultaatindex. Deze resultaatindex verschilt van de prijsindex die we hierboven beschreven. De prijsindex wordt niet gepubliceerd omdat het een tussenstap is in de berekeningen. Deze drukt de maandelijkse prijs uit ten opzichte van een gemiddelde jaarprijs. De resultaatindex wordt wel gepubliceerd en toont o.a. het maandelijkse bruto saldo ten opzichte van een vijfjarige referentieperiode. Het gemiddelde resultaat van de vijf recentste afgesloten LMN-jaren is hierbij gelijk aan 100%. Een resultaatindex van 95% in februari 2024 betekent dus dat het resultaat in die maand 5% lager ligt dan het vijfjarige gemiddelde. Zoals hierboven beschreven schuift ook deze vijfjarige referentieperiode elk jaar op omdat er nieuwe LMN-boekjaren afgesloten worden.
Totale opbrengsten | (1) |
Totale variabele kosten | (2) |
Bruto saldo | (3) = (1) - (2) |
Totale vaste kosten | (4) |
Familiaal arbeidsinkomen | (5) = (3) - (4) |
Vergoeding eigen arbeid | (6) |
Netto bedrijfsinkomen Het bedrijfsinkomen is wat overblijft voor de vergoeding van de inzet van de eigen (aangerekende) productiefactoren: grond, bedrijfskapitaal en arbeid. Meer info | (7) = (5) - (6) |
Anders dan in de gebruikelijke LMN-resultatenrekening worden bij de sectorbarometers de opbrengsten uit subsidies niet in rekening gebracht. Ook worden inventarisverschillen niet volledig meegenomen: enkel het volume-effect, en niet het prijseffect, wordt beschouwd. Verder worden de aankopen van de dieren bij de totale variabele kosten gerekend en niet bij de totale opbrengsten.
4. Aanpassingen
Hieronder worden wijzigingen aan de methodologie of gebruikte databronnen bijgehouden.
Melkveebarometer
De melkveebarometer wordt sinds 2014 berekend en gepubliceerd door het Agentschap Landbouw en Zeevisserij. Doorheen de jaren zijn er aanpassingen gebeurd aan de methodologie. Rapporten en indicatoren die voor mei 2025 gepubliceerd werden, zullen niet exact dezelfde resultaten tonen als de huidige melkveebarometer, hoewel ze wel in grote lijnen dezelfde principes volgen.